Mijn verlanglijsten 0 Winkelwagen
HORNBACH Breda Openingstijden
Konijnenberg 33
4825 BC Breda

service-breda@hornbach.com
+31 76 578 9000
ma - vr: 07:00 - 21:00 Uur
za: 08:00 - 18:00 Uur
zo: 10:00 - 17:00 Uur
Je hebt deze informatie op 13-11-24 om 08:00 uur uitgeprint. Let op dat prijzen op de wereldmarkt en reacties op korte termijn de prijzen op ieder moment veranderen en deze daardoor kunnen afwijken van die op je print. Dank u voor uw begrip.

De roos is niet zomaar een bloem, het is een symbool van de liefde! Dit is de bloem die je geeft wanneer je duidelijk wilt maken dat je van iemand houdt. Wij hebben hier informatie over deze bijzondere plant samengesteld, aan de slag!

Er zijn tussen de 100 en 250 rozengroepen, afhankelijk van hoe je het bekijkt. In principe maken we onderscheid tussen wilde rozen en gecultiveerde rozen. Welke rozengroepen men verder onderscheidt, hebben we in het volgende overzicht voor je samengevat.

Rozen verzorgen | dwergrozen | HORNBACH

  • Worden 15–50 cm hoog.
  • Plantafstand bedraagt 25 cm, dit komt overeen met 16 planten per m².
  • Bekend geslacht: zonnekind, sneeuwkussen, coco, dwergenkoning 78.

Rozen verzorgen | perkrozen | HORNBACH

  • Worden 50–80 cm hoog.
  • Voor dichte beplanting zet je 6-10 planten per m².
  • Relatief moderne rozengroep met een grote verscheidenheid aan bloemvormen en -kleuren.
  • Bekende geslachten: theehybriden, floribunda-, grandiflora- en polyantharozen.

Rozen verzorgen | edelrozen | HORNBACH

  • Worden 80–130 cm hoog.
  • Plantafstand van 40 cm aanhouden.
  • Voor dichte beplanting zet je 6 planten per m².
  • Bijzonder edele bloemvormen.

Rozen verzorgen | wilde rozen | HORNBACH

  • Enkele soorten wilde rozen worden ook in de tuin gecultiveerd.
  • Bekende geslachten: appelroos, aardappelroos, hondsroos, azijnroos, Chinese gouden roos.

Rozen verzorgen | struikrozen | HORNBACH

  • Worden 120 cm tot en met 3,5 meter hoog.
  • Weelderige struiken resulteren door driehoeksafstand met 50 cm plantafstanden.
  • Bekende geslachten: Sneeuwwitje, witbloeiende petticoat.
  • Gemakkelijk te verzorgen en een gemakkelijke plant.
  • Houdt van lichte, zonovergoten plekken.

Rozen evrzorgen | klimrozen | HORNBACH

  • Groeien snel.
  • Vormen lange loten.
  • Hebben een klimhulp nodig, bijvoorbeeld klimroosters of een rozenboog.
  • Plantafstand moet 1-2 meter bedragen.

Zodra de knoppen beginnen te zwellen, is het tijd om de rozen te snoeien. Alleen dan kunnen er weelderige bloemen groeien. Hier hebben we informatie voor je samengesteld, waarvoor je moet opletten bij het snoeien van de betreffende rozengroepen.

  • Deze rozen hebben een oculatiepunt in de kroon. Hier zijn de rozenknoppen geënt, meestal gaat het om klein groeiende tros- of dwergrozen.
  • Alle scheuten worden 10-15 cm boven het oculatiepunt ingekort, zodat een halfronde vorm ontstaat.
  • Scheuten van hoogstamrozen moet je in het vroege voorjaar tot op 2 of 3 ogen terugsnoeien.

  • Deze groepen moet je krachtig terugsnoeien. Ze schieten onmiddellijk na het snoeien weer uit.
  • Hoe sterker je terugsnoeit, des te krachtiger de scheut zelfs uitvalt.
  • Kort de edelrozen en trosrozen op 20-30 cm en dwergrozen op 10-15 cm.

  • Ze worden matig ingekort.
  • Verwijder verouderde en dwarsgroeiende scheuten aan de basis van de struik. Dit maakt het voor de nieuwe grondscheuten gemakkelijker om naar boven te komen.
  • Laat 5 basisscheuten staan en snoei de rest met ongeveer een derde terug.

  • Deze rozengroepen moeten in het voorjaar absoluut niet worden gesnoeid.
  • Pas in de vroege zomer kun je zieke of beschadigde scheuten verwijderen.

  • Zoals bij de vaker bloeiende struikrozen, kun je verouderde en beschadigde scheuten afsnijden en de weg quasi vrijmaken voor de nieuwe bodemscheuten.
  • Een radicale snoei tot op 20 cm is aan te bevelen om de drie jaar om de nieuwe scheuten te stimuleren.

Bekijk eenvoudig in onze rozensnoeikalender wanneer je verschillende rozenstruiken moet snoeien.

Rozen snoeien snoeikalender . HORNBACH
Afhankelijk van de weersomstandigheden kan het snoeimoment afwijken.

Heeft het je rozen te pakken? Ze kunnen weliswaar niet verkouden worden, maar een schimmelziekte kan het op je rozen voorzien hebben. De meeste ziekten kun je echter door de juiste standplaatskeuze vermijden of door goede verzorging tot een minimum beperken. Hier een paar tips:

  • Rozen houden van zonnige, luchtige gebieden, met losse, humusrijke grond.
  • Geef je planten een gebalanceerde verzorging met voedingsstoffen.
  • Bewater ze voldoende als het weer droog blijft.
  • Houd de plantafstand tussen de verschillende planten aan. Afhankelijk van de soort, hebben rozen zo hun voorkeuren. Een voordeel van genoeg afstand tussen de planten is ook dat ziekten en ongedierte zich niet zo makkelijk naar aangrenzende planten kunnen verspreiden.
  • Een belangrijke preventie tegen rozenziekten is bovendien de juiste soortenkeuze. Plant indien mogelijk rozen met het ADR-predikaat. Ze werden door de experts van de Allgemeine Deutsche Rosenneuheitenprüfung (ADR) op robuustheid en weerstand tegen schimmelinfecties onderzocht en als kwalitatief goed beoordeeld.

Ondanks een goede verzorging kunnen ook robuuste rozensoorten wel eens ziek worden. Hier vind je info over drie beroemde en beruchte schimmelziekten.

Sterroetdauw is de meest voorkomende rozenziekte. Je herkent het aan de aangetaste bladeren die verschillend in grootte, onregelmatig gevormd zijn en grijs-zwarte vlekken met stervormige uitlopende randen hebben. Rondom de vlekken is het rozenblad meestal gelig of geelrood gekleurd. Sterk aangetaste rozen werpen een deel van hun loof af en worden door de schimmelziekte sterk verzwakt.

Wat kun je doen?

  • Reeds bij de eerste tekenen van aantasting moet je met een geschikt schimmelbestrijdingsmiddel (fungicide) ingrijpen.
  • Je voert het beste drie behandelingen uit met steeds zeven tot tien dagen ertussen.
  • Verwijder alle afgevallen bladeren uit het bed. Hier kan anders een nieuwe infectie ontstaan.

Rozen kunnen door echte meeldauw en door valse meeldauw worden aangevallen. Echte meeldauw komt vaker voor. Je herkent de echte meeldauw aan een witte, schimmelachtige en makkelijk afwisbare afzetting op de bovenzijden van de bladeren, of aan de bloemstelen, knoppen of kelkbladeren. Echte meeldauw is een schimmel die meestal voorkomt bij mooi weer en die zich vooral bij zwoel of warm weer sterk uitbreidt. Voor juni is de kans dus zeer klein. Echte meeldauw valt echter graag rozen aan die 'te goed' gevoed worden. Hun dikke, zachte bladeren bieden het schimmelnetwerk nauwelijks weerstand.

Wat kun je doen?

  • Gebruik stikstofmest spaarzaam.
  • Vroegtijdige, herhaalde behandelingen met plantenversterkingsmiddelen verlagen het infectierisico.
  • Preventieve behandelingen met milieuvriendelijke zwavelpreparaten zijn bij vatbare rozensoorten aan te raden.

Rozenroest is een andere voorkomende schimmelziekte. Deze ziekte veroorzaakt op de bovenzijden van de rozenbladen meestal talrijke geel-oranje tot roestrode vlekken, deels met donkere randen. Bij een zware infectie gaan deze in elkaar over en vormen ze op de onderzijde van de bladeren langgerekte, uit de bladoppervlakken uitstekende sporenvliezen. Uit de sporenvliezen ontsnappen eerst gelige, later donkere sporen die door de wind worden verspreid en naar andere rozenbladeren kunnen overgaan. Bij een zware infectie verliezen de rozen hun bladeren, net zoals bij sterroetdauw.

Wat kun je doen?

  • Zorg ervoor dat je rozenbed goed door de wind kan worden geventileerd.
  • Struikrozen moeten regelmatig worden uitgedund, zodat de kronen los en luchtig blijven.
  • Afgevallen loof moet worden verwijderd. Oude bladeren herbergen de wintersporen die in het komende jaar een nieuwe infectie kunnen veroorzaken.

naar boven