In principe moet het te leggen oppervlak tot de vorstgrens (80 cm) met steenslag worden gevuld. Vervolgens moet het steenslag worden verdicht. Optimaal is het, wanneer er tot aan het leggen nog een vorstperiode komt, zodat er achteraf niets kromtrekt. Het verval vanaf het huis moet ongeveer 1,5 procent bedragen.
Porfier tegels leggen
Porfier tegels zijn de ideale basis voor een bestrating. Het is duurzaam, onderhoudsvriendelijk en verkrijgbaar in allerlei soorten en maten. Wij laten je zien hoe je porfier tegels legt en wat je daarbij nodig hebt.
Porfier tegels leggen: stap voor stap
Was de platen vóór het leggen met schoon water, zodat resten het hechten van de mortel niet belemmeren.
Je kunt nu direct met het leggen op het verdichte bed van sleenslag beginnen. Maak de legmortel in de verhouding 1:4 (cement: groevezand) aardvochtig aan. Breng de mortellaag minstens 5 cm dik aan.
Klop de porfier tegels met de rubberhamer in het mortelbed. De tegels moeten daarbij met het hele oppervlak in het mortelbed liggen, zodat er geen holle ruimten ontstaan.
Voor optimaal leggen wordt een betonplaat aanbevolen. Deze is of al als ondergrond aanwezig of wordt op het verdichte bed van steenslag gegoten. Zorg ook hierbij voor een verval van minstens 1 procent.
Breng vóór het leggen van de porfierplaten nog een afdichtspecie aan. De mengverhouding voor de legmortel is 1:3 (cement: gewassen groevezand). Breng telkens slechts zoveel mortel aan, als je voor het leggen van 2-3 platen nodig hebt. De morteldikte bedraagt hier 2-6 cm.
Klop de platen met de rubberhamer in het mortelbed. Zorg ervoor dat de platen volledig in het mortelbed liggen, zodat er geen holle ruimten ontstaan. De voegafstanden bedragen 3-4 cm.
De gunstigste optie voor voegen is een mengsel van kwartszand en cement (trascement) in de verhouding 3:1. Het wordt nog beter, wanneer je er een voegverbeteraar bijmengt.
Het voegmateriaal kun je of goed aardvochtig met een plamuurmes inbrengen of vloeibaar gemaakt erin gieten. De voegen mogen niet volledig opgevuld worden, omdat dit voor problemen kan zorgen bij de reiniging.
Je kunt ook snelhardend kant-en-klaar voegmateriaal gebruiken.
Belangrijk: zodra de voegen drukvast vast zijn, moet je de platen met zo schoon mogelijk water reinigen.
Na het uitharden van het voegmateriaal kan de eindreiniging plaatsvinden. Daarvoor maak je de gelegde platen vochtig, breng je de cementsluierverwijderaar op kleine oppervlakken aan en laat je dit 5 minuten inwerken. Wrijf daarna het oppervlak met een schrobborstel grondig schoon en verwijder het vuile water met een spons. Daarna spoel je het oppervlak met schoon water af tot het water helder blijft. Let op: voorkom dat de cementsluierverwijderaar in de voegen terechtkomt en vermijd contact met de huid.