Elke natuursteen is uniek in vorm, kleur en tekening. Principieel wordt onderscheid gemaakt naar de ontstaanswijze. Zo is er metamorf gesteente (metamorfiet), stollingsgesteente en afzettings- of sedimentsgesteente.
Gneis, marmer, lei en serpentijn behoren tot de zogenaamde metamorfe gesteenten. Deze ontstaan, zoals de naam al aangeeft, uit een gesteente dat eerder anders was. Door pletten, persen, vouwen, ongelijkmatige druk en andere krachten verandert de structuur van het gesteente.
Tot de stollingsgesteenten behoren graniet, syeniet, porfier, dioriet, gabbro, diabas en basalt. Deze ontstaan door het stollen van vloeibaar magma, hetzij aan het aardoppervlak (effusiegesteente/vulkaniet) hetzij in de aarde (dieptegesteente/plutoniet).
Bij sedimentgesteente gaat het om stenen die bij het ontstaan van de aarde zijn afgezet, door verwering of verplaatsing, en vervolgens door de druk van de bovenliggende massa tot steen gevormd zijn. Tot deze stenen behoren zandsteen, leisteen, kalksteen, dolomiet, jura-marmer, schelpkalksteen, Solnhofener kalksteen en tufsteen.
Tip
Indien gewenst kun je natuursteen water- en oliewerend impregneren of een met kleur versterkt middel toevoegen. Dat gaat heel eenvoudig en is ook nog mogelijk na het leggen. De betreffende impregnering is voor binnen en buiten verkrijgbaar bij jouw dichtstbijzijnde HORNBACH vestiging.