Is Breda jouw vestiging?
Mijn verlanglijsten 0 Winkelwagen
HORNBACH Breda Openingstijden
Konijnenberg 33
4825 BC Breda

service-breda@hornbach.com
+31 76 578 9000
ma - vr: 07:00 - 21:00 Uur
za: 08:00 - 18:00 Uur
zo: 10:00 - 17:00 Uur
Je hebt deze informatie uitgeprint op 12-01-25 om 02:53. Let op: prijzen kunnen veranderen door ontwikkelingen op de markt. Controleer daarom altijd de actuele prijzen in onze Onlineshop of in de vestiging. Bedankt voor je begrip.
Bouwjaar en type gebouw Vanaf welke buitentemperatuur moet er verwarmd worden?
Oudbouw voor 1977 15–17°C
Nieuwbouw van 1977–1995 met isolatie 14–16°C
Nieuwbouw vanaf 1995 12–15°C
Laagenergiewoning 11–14°C
Passiefhuis 9–11°C
Kamers Temperatuur
Woon- & werkkamer 20°C
Slaapkamer 16–18°C
Kinderkamer 19°C
Keukens 18°C
Badkamer 23°C
Kelder 10–15°C
Verschil 4 voudig 6 voudig radiator

De radiatoren verschillen in het type aansluiting. De viervoudige radiator heeft vier aansluitmogelijkheden (compacte radiator), de zesvoudige radiator heeft er zes (ventielradiator). Een ventielradiator met 6 aansluitingen is geschikt bij zijdelingse montage of bij aansluiting van onderaf. Meer informatie vind je op onze pagina over .

De viervoudige radiator wordt hoofdzakelijk na renovaties gebruikt. Alle aansluitingen zijn voorzien van halfduims schroefdraad. De bijbehorende verloopstukken zijn overal verkrijgbaar. Bij nieuwbouw worden hoofdzakelijk zesvoudige radiatoren gebruikt. Ze zijn universeel inzetbaar, omdat je ze aan alle kanten aan kunt sluiten.

Radiatoren kun je op twee verschillende manieren monteren: je hangt ze aan de muur of je zet ze met een voetstuk op de vloer.

Beugelradiatoren hebben beugels die voor de bevestiging aan de muur dienen. Radiatoren zonder beugels, monteer je met een montageconsole die van achteren in de verwarming grijpt.

De nominale verwarmingsenergie is het werkelijke bruikbare verwarmende vermogen van een radiator. Bepalend hiervoor is de grootste afgegeven hoeveelheid warmte per tijdseenheid die de verwarming bij continu bedrijf afgeeft.

Met aanvoertemperatuur wordt de temperatuur van het verwarmingswater aangeduid dat naar de radiator wordt gevoerd. Eerst wordt dit door de betreffende warmtebron verwarmd (bijvoorbeeld gasverwarming, zonneverwarming). De warmte-afgevende oppervlakken en de warmtebehoefte van de te verwarmen ruimte beïnvloedt de hoogte van de aanvoertemperatuur. Vroeger was de aanvoertemperatuur ongeveer 90 graden, tegenwoordig is dat als gevolg van de betere isolatie van gebouwen en/of door het gebruik van warmtepompen en dergelijke tussen de 30 en 55 graden

Dit is de temperatuur van het verwarmingswater dat weer terugstroomt naar de warmtebron.

De verwarmingspomp en het vermogen daarvan worden zo gekozen of ingesteld dat de zogenaamde opvoerhoogte van de pomp precies voldoende is om het warme water door de verwarmingsbuizen met alle vernauwingen te pompen en daarbij alle radiatoren voldoende te voeden. De vereiste opvoerhoogte van de verwarmingspomp wordt bepaald aan de hand van het totale drukverlies. Dit hangt af van de lengte en de diameter van de verwarmingsbuizen in het hele huis.

In veel gebouwen komt een ongelijkmatige warmteverdeling voor wat kan leiden tot een hoger energieverbruik en een beperkte warmtetoevoer in bepaalde delen van het gebouw. Want delen die zich dichter bij de verwarmingsinstallatie bevinden, worden beter doorstroomd en daardoor verwarmd dan verafgelegen delen (zoals de zolder). Het vergroten van het pompvermogen en/of het verhogen van de aanvoertemperatuur is echter niet de juiste maatregel hiertegen. Een oplossing hiervoor is het waterzijdig inregelen.

Bij het waterzijdig inregelen worden bij een vaste aanvoertemperatuur binnen een verwarmingsinstallatie alle radiatoren en apparaten precies voorzien van die hoeveelheid warmte die voor het bereiken van de gewenste kamertemperatuur nodig is. Zo is het overal in huis even warm. Bij nieuwe, maar ook bij bestaande verwarmingsinstallaties is het waterzijdig inregelen zinvol.

Als de radiatoren niet warm genoeg worden en/of er borrelende geluiden uit komen, is het mogelijk dat zich lucht in de verwarmingsinstallatie bevindt. Door de verwarming te ontluchten kun je dit probleem verhelpen. Dit kun je eenvoudig zelf doen, ga hiervoor als volgt te werk:

  • Leg als hulpmiddel een oude goed opzuigende lap klaar, de passende ontluchtingssleutel en eventueel een tang om de luchtschroef te openen.
  • Draai het thermostaatventiel van de radiator tegen de klok in om deze te openen.
  • Hou de doek onder de opening van de luchtschroef van de verwarming.
  • Open de luchtschroef met de ontluchtingssleutel, met de hand of met een tang.
  • Nu moet er lucht uitkomen. Laat de lucht zo lang ontsnappen tot water uit de luchtschroef komt. Sluit de luchtschroef vervolgens weer.
  • Draai het thermostaatventiel weer met de klok mee terug naar de uitgangspositie.
  • Controleer na het ontluchten de druk van de verwarmingsinstallatie. Deze moet meer dan 1,2 bar zijn (te zien op de manometer van de verwarming/verwarmingsketel).

Let bij aankoop van de radiatoren op een gelijke kleur. Wit is niet hetzelfde als wit. En als je liever een gekleurde radiator hebt? Dat is heel eenvoudig zelf te realiseren!

naar boven